Asbest herkennen is vaak specialistenwerk. Asbest komt voor in een groot aantal toepassingen. Het werd gebruikt in meer dan 3.600 materialen en kan overal aanwezig zijn in een gebouw. Zelfs tot op de dag van vandaag vinden experts zelfs nieuwe varianten van asbesthoudende bouwmaterialen tegen. Gezien de grote diversiteit aan materialen en toepassingen kan er vaak enkel door een zogenaamde asbest inventarisatie. Dit is een staalanalyse om te bepalen of een materiaal al dan niet asbesthoudend is.

Wanneer werd Asbest voornamelijk gebruikt?

Asbest werd voornamelijk gebruikt van 1945 tot en met 2001 met een piek tussen 1955 en 1985. Kijken naar het productiejaar van het materiaal kan u alvast een aanwijzing geven. Ook plannen, facturen, technische fiches van de fabrikant kunnen nuttig zijn. Een duidelijke aanwijzing van de aanwezigheid van asbestcement, is de kenmerkende gewafelde textuur, ook wel “honinggraat” genoemd. Meestal zijn deze materialen ook gelaagd. 

Rond midden jaren ’80 startten de voormalige producenten ook met de productie van niet-asbesthoudende vezelcementtoepassingen. Deze zijn te herkennen aan de vermelding ‘N’ of, vaker, ‘NT’ voor New Technology. Golfplaten zonder asbest herkent u ook aan de afgesneden hoek. Bovendien is er aan golfplaten in vezelcement (zonder asbest) een verstevigingsbandje aangebracht dat ze onderscheidt van de oude, asbesthoudende golfplaten.

Huur een specialist in.

Om volledig zeker te zijn of er al dan niet asbesthoudend materiaal aanwezig is bij u, kan u een staal laten nemen en deze door een erkend laboratorium laten analyseren. De kosten hiervan zijn beperkt en kan veel kopzorgen besparen.